Debatje op de uni - Reisverslag uit Dakar, Senegal van Maarten Doorn - WaarBenJij.nu Debatje op de uni - Reisverslag uit Dakar, Senegal van Maarten Doorn - WaarBenJij.nu

Debatje op de uni

Door: Maarten van Doorn

Blijf op de hoogte en volg Maarten

22 December 2016 | Senegal, Dakar

Afgelopen zaterdag was ik samen met de lokale AIESEC-commissie – er zijn helaas geen andere internationale ‘exchange participants’ hier – aanwezig bij het slotdebat van de universitaire verkiezingen.

Net zoals we dat in Nederland kennen kunnen studenten hier één keer per academisch jaar hun stem uitbrengen over hun vertegenwoordiging in de bestuursvergaderingen. Elke partij heeft een aantal standpunten, zoals bijvoorbeeld meer geld naar ICT-voorzieningen of meer studeerplekken in de bibliotheek en een kandidatenlijst met mensen die zich verkiesbaar stellen. Dat partijsysteem hebben ze hier op een iets andere manier: elke student-president heeft zijn eigen ‘kabinet’ samengesteld en dáár kan je op stemmen: het is alles of niets. Je stemt dus niet op individuele kandidaten maar op een heel team. Het lijkt dus een beetje op de Amerikaanse verkiezingen – met het verschil dat je daar het kabinet niet van tevoren kent maar dat de winnaar achteraf zijn regeringsploeg pas presenteert (met uitzondering van de vicepresident).

Daar komt bij dat de politieke machine op CESAG niet geïnstitutionaliseerd is. Daarmee bedoel ik: er zijn geen vaste partijen die een infrastructuur bieden en waar je als ambiërend politicus bij solliciteert. Elk jaar zijn er compleet nieuwe teams, partijnamen en kandidaten die allemaal op eigen houtje hun campagne en dergelijke op touw zetten. Knap, denk ik dan.

Maar dan denk ik ook: je moet er maar zin in hebben. Zoiets helemaal regelen is – vooral voor de latere verliezers – een erg grote tijdsinvestering. Alleen al denken aan al die vergaderingen maakt me depressief. Vaak begint men al een jaar (!) van tevoren met het samenstellen van een team, want er moet veel geregeld worden. Zo’n team bestaat uit maar liefst twintig mensen die zich dus allemaal voor een bepaalde positie verkiesbaar stellen en de campagne organiseren. Ik heb me laten vertellen dat er zelfs in de zomervakantie campagne wordt gevoerd door middel van het opsturen van promotiemateriaal naar het thuisadres van de studenten (bedenk: de verkiezingen zijn rond deze tijd – eind december!).

In Nederland zou het zeer lastig zijn om als ambiërende president (al kennen we de positie van student-president niet echt op de Senegalese manier) zo’n team bij elkaar te krijgen. Het is mijn ervaring dat op de campus vrijwel niemand zich interesseert voor de universiteitspolitiek. Maagdenhuisbezettingen ten spijt, de opkomst bij student-verkiezingen ligt in Nederlandse universiteiten altijd laag en het is eerder een kwestie van stemmen ronselen dan van campagne voeren. De partijen spelen in op de overheersende desinteresse door zó vaak te vragen of je al gestemd hebt en, zoniet, of je alsjeblieft op hen wil stemmen dat je op een gegeven moment bezwijkt en meestal je stem uitbrengt op iemand die je toevallig kent in ruil voor een biertje. En zijn er ook debatten? Ik weet het eigenlijk niet eens (shame on me).

Hier gaat dat anders. Politiek, status en macht gaan hier hand in hand en iedereen wil de student-president zijn. De sociale status die aan de verkiezingen kleeft is immens. Daardoor is het hier misschien wel de belangrijkste gebeurtenis van het academisch jaar. Die koppeling van universiteitspolitiek met een hoge sociale status hebben we in Nederland niet echt.

Terug naar het debat. Als slotdebat van de één-jaar-durende campagne was dit de belangrijkste dag van het hele jaar. Op deze zaterdag (op zaterdag college hebben is iets wat zowel in Senegal als Egypte geen uitzondering is) was iedereen dus aanwezig op de universiteit. Het begon om twee uur ’s middags Afrikaanse tijd, dus zo rond half vier gingen de deuren van de aula open en nog een half uur later begon het debat.

De aula zag er anders uit dan ik had verwacht. Ik heb gemerkt dat in Senegal status en uiterlijk vertoon – bling bling – best wel een ding zijn. Mensen van mijn leeftijd lopen in pak rond, willen indruk maken met merkhorloges en -tassen, praten irritant veel over geld en dure auto’s, iedereen wil president zijn want dan heb je de hoogste status – dat soort dingen. De aula leek daarentegen eerder op een uitvergrote bioscoopzaal. Oude, lelijke, muffe, stoffige, luie klapstoelen. Zoals we dat gewend zijn van een collegezaal lopen de rijen omhoog in de vorm van een halve cirkel. In het midden zijn er een paar paden waar je tussen de rijen door kan lopen. Aan de muren hangen spanddoeken (ja echt) met nogal cheesy quotes, in het Frans. Weinig bling bling. Dit is tegenovergesteld aan Nederland: daar is het, in mijn ervaring, op campussen vaak zo dat iedereen er vrij normaal bijloopt maar dat er in de aula chique wordt gedaan.

Het debat zelf was een en al gekkigheid. Ik heb echt nog nooit zo’n debat meegemaakt. De opkomst van de deelnemers aan het debat deed me denken aan dartwedstrijden: onder luide muziek baanden de kandidaten zich één voor één, luid toegezongen door aanhangers en enthousiast handen schuddend, door het publiek heen een weg naar het podium. Het leken wel supersterren. Groter met hoe serieus politieke debatten er in Nederland aan toe gaan kon het contrast niet zijn. Het was al vrij snel duidelijk dat dit debat meer ging om wiens aanhang het meeste lawaai kon produceren dan om welke kandidaat de meest verstandige standpunten uitte.

Om zoveel mogelijk lawaai te maken hadden alle supporters van een bepaalde kandidaat zich gegroepeerd in de zaal. Geloof het of niet, maar in het middenpad stonden van elke partij ‘dirigenten’ die aangaven wanneer welke leuze luidkeels moest worden ingezet. Zo gebeurde het dat na elke paar uitgesproken zinnen de hele zaal ontbrandde in één groot schreeuwfestijn.

Voor het debat was ik onder de indruk van de studentenbetrokkenheid op deze universiteit: daar konden we in Nederland wat van leren, dacht ik. Door dit debat en de gesprekken die erop volgde stelde ik mijn mening bij: politiek betrokken zijn op CESAG is meer iets voor bij een groep horen, voor de sociale status. Daardoor is schijnbaar veel meer studentenbetrokkenheid dan in Nederland, maar valt het in werkelijkheid nogal tegen in hoeverre studenten zich echt interesseren voor universiteitspolitiek.

Dinsdag werd er gestemd. Op papier. Stemhokjes bestonden uit een paar op elkaar gestapelde tafeltjes. De vrouwelijke kandidate bleek de meeste stemmen in de wacht te hebben gesleept. Dat vond ik wel leuk – na die geslachtsdiscriminatie in Egypte is het aangenaam om te merken dat Senegal hierin echt veel verder is. Dat bevestigt nogmaals dat je Islamitische landen niet over een kam kan scheren: het is naïef om te denken dat “moslims” een homogene groep mensen vormt die allemaal dezelfde normen en waarden hebben (wat je nogal eens hoort hier en daar).

  • 24 December 2016 - 21:20

    Hanneke Klaver:

    Dag Maarten,
    Ik lees nog steeds met véél interesse je verslagen. Héél interessante manietr van schrijven heb je.
    Hierbij Fijne Feestdagen toegewenst en een HEEL GOED 2017 met nog veel mooie reiservaringen!
    Hanneke

  • 03 Januari 2017 - 18:11

    Maarten Van Doorn:

    Hey Hanneke,

    Ik heb deze reactie helemaal over het hoofd gezien, sorry! Bedankt voor je berichtje en je aanstekelijke enthousiasme, ik hoop dat je de verslagen met plezier blijft lezen :).

    Voor jou en Nils ook een goed 2017 toegwenst!

    Maarten

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Maarten

Vanaf maandag 26 september ga ik 6 maanden werken in Cairo op een "Language Academy" om daarna verder te reizen. Gekkigheid gegaradeerd. Stay tuned!

Actief sinds 20 Sept. 2016
Verslag gelezen: 331
Totaal aantal bezoekers 24509

Voorgaande reizen:

26 September 2016 - 01 Juli 2017

Cairo en verder '16-'17

Landen bezocht: